Een robot als gezelschap?

Interview met dr. Margo van Kemenade, associate lector zorgtechnologie bij Hogeschool InHolland

Robot Alice, scene uit de documentair Ik ben Alice uit 2015

“In 2024 zijn er vier keer zoveel ouderen als nu”. Het is de openingszin van de trailer van de documentaire ‘Ik ben Alice’ uit 2015, uitgesproken door dr. Margo van Kemenade, associate lector zorgtechnologie bij Hogeschool Inholland. In de documentaire is te zien hoe robotpop Alice gaat logeren bij drie dames op leeftijd. De dames wonen alleen en voelen zich eenzaam. Robot Alice gaat als gezelschap dienen. Tegen de eenzaamheid.

Margo van Kemenade raakte in 2015 betrokken bij het maken van de documentaire. Ze was in die tijd bij de Vrije Universiteit (VU) Amsterdam bezig met haar promotieonderzoek naar de acceptatie van zorgrobots door zorgmedewerkers. Een groep collega’s daar, robotbouwers, hadden Alice gekocht om er een zorgrobot van te maken. Toen een documentairemaker aanklopte om logeerpartijtjes van Alice bij eenzame ouderen te gaan filmen, verleende Margo haar medewerking aan de documentaire. Maar met gemengde gevoelens. “Ik schaamde me,”, vertelt Margo. “Want die robot kon niks. Kon niet zitten, kon niet staan. Alleen de ogen konden wat. Daar zat computer vision in. En Alice had emotieherkenning aan boord. Alice kon bijvoorbeeld zien of iemand droevig was en dan ook droevig gaan kijken. Nou ja, het was eigenlijk meer een grimas.”

In de documentaire is te zien hoe de dames en Alice samen tijd doorbrengen. Alice motiveert hen om naar buiten te gaan en om beweegoefeningen te doen. Ze neemt het fotoalbum door en voert een gesprekje. Goed om te weten is dat Alice op afstand werd bediend door een medewerker van de VU die in de keuken zat en via een toetsenbord de vragen stelde en de antwoorden gaf die Alice vervolgens uitsprak.

“Ik schaamde me,”, herhaalt Margo, “Maar dat veranderde. Aan het eind van de logeerweek werd Alice opgehaald. En dat gebeurde op zijn ’technieks’ zeg maar. Alice werd in een koffer gegooid door de VU-medewerker. Maar de dames vroegen om voorzichtig te doen. De één aaide nog over een voetje, de ander wilde Alice nog een knuffel geven. Ik wist niet wat het was, maar ik dacht wel: hier is iets aan de hand. Ik ben later nog met die dames gaan praten. Ik vroeg hen: jullie wisten toch dat Alice niet echt praatte? Dat er iemand in de keuken zat te typen? En hun antwoord was, lang verhaal kort, dat ze dat wisten maar dat hun eenzaamheid zo groot was, dat Alice beter was dan helemaal niks. Een mevrouw zei dat de begroeting door Alice ’s ochtends, als ze uit bed kwam, het makkelijker maakte om uit bed te komen. Mijn hart brak toen ik dat hoorde. Dat de dames zich in die week zo hadden gehecht aan een stuk plastic. Met paars haar. Die eigenlijk alleen maar zegt: goeiemorgen, mevrouw, zal ik het weerbericht voorlezen?”

De ervaringen met Alice hebben een gedachtentrein in gang gezet, vervolgt Margo. “Als dit al werkt, laten we er dan als een haas voor gaan zorgen dat we die techniek wel up to date krijgen. Omdat ik weet dat die eenzaamheid niet opgelost gaat worden. Natuurlijk vind ik het armoe dat het met techniek moet. Maar soms loopt het leven zo als je oud bent. Veel mensen die je kent gaan dood, misschien zijn zelfs je eigen kinderen al dood. En ik vond het echt een eye-opener dat die dames dit zo hadden. Vanaf dat moment heb ik eigenlijk gedacht, dit moeten we verder gaan ontwikkelen.”

Alice 2.0

De documentaire kreeg veel aandacht en viel in de prijzen. Margo krijgt er nog regelmatig vragen over vanuit de media. Toch, 10 jaar later, is zo’n robot er nog steeds niet. Alice is een stille dood gestorven. Door Deloitte is nog geprobeerd het concept met andere hardware nieuw leven in te blazen maar dat is niet van de grond gekomen. Margo rondde haar promotieonderzoek af. Ze bleef bij Inholland werken en ging daar naar het Research & Innovation Centre met meer vrijheid om technische projecten op te starten en technische studenten om het uit te voeren.

Margo: “Ik wilde toen en wil nog steeds wat doen met die eenzaamheid. De robot waar ik nu al een tijd mee bezig ben, is daar ook voor een deel voor bedoeld. Hij wordt ook heel  enthousiast ontvangen en ik wil die robot op de één of andere manier verder gaan brengen.” De robot waar Margo aan werkt met haar studenten is een oefenrobot voor geriatrische revalidatie van CVA-patiënten met hemiplegina, een halfzijdige verlamming als gevolg van een beroerte. Als er geen plaats is in revalidatiecentra worden ze vaak al na een paar dagen naar huis gestuurd met een briefje van de fysiotherapeut met oefeningen erop. Juist omdat ze al geriatrisch zijn raken veel mensen depressief en komt er van oefenen niks terecht. Met als gevolg dat ze blijvend invalide worden. Tot verdriet van de mensen zelf én van de fysiotherapeuten want die zien dit van tevoren al aankomen. Zij vroegen Margo of ze daar iets voor kon verzinnen en dat werd een robot genaamd Isha. Die helemaal wordt gebouwd bij InHolland.

Margo van Kemenade met robot Alice

De naam Isha is verzonnen door studenten. Het is de vertaling van ‘dokter’ in het Japans. En het staat voor Interactive Smart Health Assistant. Een romphoge robot, rond, met op zijn buik een grote monitor en een hoofd met ogen die met computer vision zijn uitgerust. “En,” zegt Margo, “voor mij heel belangrijk, en dit is één van die dingen waar altijd om wordt gelachen door mijn studenten – rare socio weer – ik wilde per se oortjes erop en die oortjes moeten bewegen. De robot wordt er heel vriendelijk van, het ziet er leuk uit, maar ze geven ook feedback. Als je de oefening niet goed doet, gaan de oortjes een beetje hangen. En doe je de oefening goed, dan staan ze vrolijk rechtop.” Het is de bedoeling dat iemand Isha mee naar huis krijgt. Hij wordt op maat ingesteld en springt een paar keer per dag aan om iemand te motiveren om oefeningen te doen. De robot kan zien of iemand de oefeningen goed uitvoert en stopt als er ‘au’ wordt geroepen. Alles wordt gelogd, dus de fysio kan achteraf alles controleren. En zo worden er nog een aantal praktische functionaliteiten aan toegevoegd. “We hebben het prototype, de oortjes zitten erop. We hebben eigenlijk alle apparatuur die we nodig hebben, aangeschaft. Het volgende waar ik mee aan de slag ga is het trainen van een algoritme voor emotieherkenning voor deze specifieke doelgroep. Mensen met een gegroefd gelaat, ouderdomsvlekken, rimpels, noem maar op. De basishouding is depressief, dus niet neutraal. En één kant van het gezicht doet überhaupt niet mee. Voor komend jaar heb ik een groep studenten die dit gaan doen. Al zijn het maar één of twee emoties om mee te beginnen, dan ben ik al tevreden. Dus ik heb een prototype maar ik heb nog wel wat uit te zoeken. Van hoe gaat hij aan, hoe motiveer je de oudere cliënten, enzovoort?”

Margo kan nog een halfjaar door, maar moet gaan testen om de robot echt verder te brengen. Ze heeft toestemming van de ethische commissie om te gaan testen met 5 geriatrische patiënten die gaan converseren met de robot. “Toestemming regelen is best een lastig traject. Zelfs als je geen gegevens opslaat of als er niets over het internet gaat. Ik weet dat de MDR van toepassing is, de Medical Device Regulation. Als het gaat lopen zoals ik in mijn hoofd heb, gaan wij straks medische data versturen over het internet. Qua wet- en regelgeving is dat heel ingewikkeld.”

Ondertussen heeft Margo alweer een ander idee dat ontstond tijdens een gesprek met een wethouder over eenzaamheid en ouderen in een gemeente. Kleine robotjes die bij ouderen thuis worden gezet en als een zwerm met elkaar zijn verbonden. 500 van die robotjes, verdeeld in een wijk. “Ik zie het voor me dat ze een petje op hebben. En dan klinkt er een geluidje en kondigt het robotje een activiteit aan. Je kunt je aanmelden door op zijn petje te drukken. Het kan ook als belcirkel dienen. Als je ’s ochtends niet op het petje drukt, weet iemand dat er iets aan de hand is. Het zou mooi zijn als het robotje ook kan praten. Of muziek kan safpelen. Of iemand kan bellen. Sociale initiatieven bij mensen thuis brengen. De gemeente is al enthousiast.”

Cast Away” is een film uit 2000 waarin Tom Hanks de rol speelt van Chuck Noland, die na een vliegtuigcrash strandt op een onbewoond eiland. Als een bal aanspoelt noemt hij die Mr. Wilson. Chuck tekent er een gezicht op en Mr. Wilson wordt zijn enige “vriend” en emotionele steun tijdens zijn eenzame jaren op het eiland.

Terug naar de eenzaamheid. Margo vervolgt: “Ken je de film Cast Away met Tom Hanks? Hij zegt letterlijk in die film dat hij zonder die bal, zonder Wilson, het niet had gered. En daar gaat het om, een bal, met oogjes. Mensen die in eenzaamheid zijn opgesloten, als zij niet iets hebben om menselijke gevoelens op te projecteren, dan wordt het heel moeilijk om te overleven. We zien gezichten in alles. Ik bedoel, een stopcontact is al een gezichtje.”

Het thema eenzaamheid is 9 jaar na Alice nog steeds een grote drijfveer voor Margo. Ze eindigt het gesprek met een vurig slotpleidooi. “Eigenlijk durft niemand zich echt hierover uit te spreken. Een robot tegen eenzaamheid. Als ik lezingen geef in den lande, of voor de media, is er altijd wel iemand die verontwaardigd roept: Moeten wij zo omgaan met onze ouderen! Maar de vraag die ik dan heb, ook vanuit de documentaire, is: is dit niet beter dan niks? Als je helemaal niemand meer om je heen hebt? En dan is die persoon vaak meteen stil.”